De afdichtingsringen of zuigerveren bevinden zich bovenop de cilindervoeringen. Bij de montage wordt de zuigerveer gewoon op de daarvoor bestemde plaats aangebracht. Het wordt dan op zijn plaats gehouden door de cilinderkop.
De zuigerveer voorkomt dat zich een laag aanslag vormt op de zuigerring.
Terwijl de zuiger naar het bovenste dode punt beweegt, schraapt de ring ongewenste koolstofafzetting van de zuiger, waardoor afzetting op de zuigerring wordt voorkomen.